Op zondag 21 april 2013 hebben we ter gelegenheid van Erfdaggoed het Torhouts stadhuis bezocht. Het stadhuis is 300 jaar oud en stond voor deze gelegenheid 'verpakt' in een grote, rode strik. De gids leidde ons rond van kelder tot zolder. Op de tweede verdieping was een klein groepje kinderen en hun ouders te gast. Ieder kind had een viool mee. De leraar sprak ons -de toevallige aanwezigen- toe, en gaf een woordje uitleg over de methode die hij gebruikt om vioollessen aan te leren, de Suzuki methode dus.
Een kind kan van jongsaf (3 jaar) deze methode aanleren zo zei hij ons. Ondersteuning van de ouders om het kind te helpen begeleiden is van groot belang. De ouders hoeven zelf geen muzikale opleiding te hebben gehad.
Velen vinden hun gading niet in het traditionele muziekonderwijs omdat het te veel op kennisoverdracht, presteren en technische vaardigheden gericht is.
Ik zou zo zeggen: laat kinderen meteen op een instrument spelen in plaats van na één jaar notenleer.
Zijn eigen dochtertje van vier heeft ons toen een korte demonstratie gegeven. Haar vader merkte op dat dit het kleinste viooltje was. We keken toe hoe het meisje haar viool in de goede positie bracht vooraleer zij begon te spelen. Ook de voltallige groep cursisten heeft ons nog een staaltje van hun kunnen getoond. Mooi!
Een aangename 'onderbreking' van ons bezoekje aan het stadhuis.
Iedereen heeft talent, iedereen kan leren een instrument te bespelen op een muzikale manier.
Dr. Shinichi Suzuki noemde zijn methode ook wel de "moedertaalmethode".
Jonge kinderen zijn in staat een taal aan te leren, in korte tijd kunnen zij hun moedertaal spreken met precies de tongval van hun omgeving. Al op zeer jonge leeftijd hebben ze dus goede oren met gevoel voor detail. Ze zijn zo slim dat ze zich aan grammaticale regels kunnen houden. Hun vermogen om de geleerde woorden te onthouden wijst op een reeds goed functionerend geheugen.
De invloed van de omgeving is hierbij groot. Een kind dat opgroeit in China zal in de regel Chinees gaan spreken en geen Nederlands. Een kind dat opgroeit in een omgeving waar schelden en schreeuwen tot de normale omgangsvormen behoren, zal zich op een dergelijke manier gaan uiten. Een kind dat zou opgroeien in een taalloze omgeving zou niet gaan spreken.
Suzuki redeneerde als volgt: als kleine kinderen in staat zijn een taal perfect te leren spreken, moeten ze ook in staat zijn goed te leren vioolspelen.
De Suzuki-methode kent een vast basisrepertoire. Elk stuk hierin heeft zijn specifieke leerdoelstellingen en elk stuk steunt op vaardigheden die in voorgaande stukken werden aangeleerd. Afhankelijk van de behoefte van de leerling kiest de leraar muziekstukken uit om te laten spelen naast dat basisrepertoire. De eerste stukjes die de kinderen leren spelen zijn variaties op Kortjakje. In deze variaties komen de belangrijkste principes van de techniek aan bod. Eenmaal aangeleerde stukken blijven op het repertoire. Naar "oude" stukken wordt regelmatig teruggegrepen, ze worden dan weer op een ander niveau gestudeerd.
Zoals kinderen eerst leren spreken en dan pas lezen, spelen Suzuki-leerlingen aanvankelijk alles uit het hoofd. Pas later, als ze de basisprincipes van de techniek enigszins onder de knie hebben en in staat zijn eenvoudige stukjes te spelen, wordt begonnen met noten lezen.
Iedereen kan het leren
Iedereen kan - als hij dat wil - mooi leren spelen met een mooie toon. Suzuki zei: "Tone is living soul", je zou kunnen zeggen: je toon is de stem van je ziel. Het is de taak van de leraar de leerling te voorzien van het juiste "gereedschap". Met behulp van het juiste "gereedschap" kan iemand zich uiten via het instrument. De Suzuki-techniek is bij alle instrumenten gebaseerd op een goede toonvorming. En gezien de invloed van de houding op de toonvorming, wordt vanaf de eerste les veel aandacht besteed aan hoe de kinderen staan of zitten. Voor wat betreft de principes van de techniek is afgekeken (en afgeluisterd) bij grote musici.
Haruko Kataoka, die de Suzuki-methode voor piano heeft opgezet, heeft haar methodiek afgeleid van de manier waarop pianisten als Vladimir Horowitz, Arthur Rubinstein, Dino Lipatti of Alicia de la Rocha het klavier benaderden.
(korte samenvatting: info online)
http://s443.photobucket.com/user/gilberte80/media/optredens/MVI_0025_zpsaf38a091.mp4.html
"Waar woorden tekort schieten spreekt de muziek"
Hans Christian Andersen
Deens dichter en sprookjesschrijver (1805-1875)

Geen opmerkingen:
Een reactie posten